"Wapenen tegen loonkost en lagelonenlanden"
Waarom Devos Plaatbewerking investeerde in Migatronic-lasarm

In het West-Vlaamse Zwevezele zet Devos Plaatbewerking al geruime tijd in op doorgedreven automatisering. Het familiebedrijf had al vijf lasrobots in de productiesite, en recent zijn daar twee lasarmen bijgekomen. Toch stijgt tegelijkertijd het aantal werknemers bij de plaatbewerker. Zaakvoerder Lieven Devos – de tweede generatie – legt uit hoe zijn bedrijf omgaat met actuele uitdagingen. "Er zal nog veel meer automatisatie nodig zijn in de toekomst."
Het begin
Devos Plaatbewerking werd zo’n 45 jaar geleden opgericht door Gabriël Devos. Toen waren de activiteiten voornamelijk gericht op de landbouwsector, onder andere door het vervaardigen van voederbakken voor varkens. Vandaag is Devos een algemene plaatbewerker, en vooral: een totaal ander bedrijf, zegt Lieven Devos, Gabriëls zoon en samen met zijn zus Isabelle huidig zaakvoerder. "Om die voederbakken te maken waren er machines nodig, maar die stonden meer stil dan dat ze aan het werk waren. Vandaar zijn we 25 jaar geleden ook gestart met toelevering. Dat was eigenlijk het logisch vervolg, omdat we de machines toch hadden."
Klanten uit eigen streek
Vandaag zijn de toeleveringen goed voor zo’n 80 procent van de totale omzet van Devos Plaatbewerking. Er is daarnaast ook nog een afdeling landbouwmachines, en een apart bedrijf voor tuinmeubilair en brievenbussen – een uit de hand gelopen hobby, aldus Lieven. De klanten van Devos zijn divers: van eenmanszaken over kmo’s tot grote bedrijven. Toch hebben ze twee dingen gemeen: ze zijn allemaal Belgisch en vaak dicht bij Devos Plaatbewerking gevestigd. "Het is een bewuste keuze geweest om in de streek te blijven", zegt Lieven. "We maken heel weinig reclame en we hebben ook geen vertegenwoordigers. Mond-aan-mondreclame werkt volgens ons het best. Vaak groeien klanten ook mee met ons, of omgekeerd."
Automatisering
Hoe kan een algemeen plaatbewerker zich vandaag onderscheiden ten opzichte van de concurrentie? Het antwoord is volgens Lieven doorgedreven automatisering. "We zijn daar vrij vroeg mee begonnen. Als je de rekening maakt is het een logische stap: sommige machines mogen dan wel tot 100.000 euro kosten, een werknemer die in drie ploegen werkt kost ook geld. Na drie of vier jaar heb je die investering dus wel terugverdiend. En het voordeel van een machine is dat stilstand heel beperkt blijft. Nu liggen onze machines praktisch nooit stil. ‘s Nachts wordt er vooral seriewerk gedaan, stukwerk en klein seriewerk gebeuren allemaal overdag. Op die manier kunnen we ons wapenen tegen enerzijds de gigantische loonkost in België, en anderzijds tegen de lagelonenlanden waar we steeds meer werk van ‘terughalen’."
Lokale productie
"De laatste jaren zijn onze klanten immers gaan beseffen dat het risico van lokale productie een stuk lager ligt dan productie in pakweg China. Daar kan je altijd voor verrassingen komen te staan en weet je nooit of de stukken die je gaat krijgen wel correct en van goede kwaliteit zullen zijn. Hier is de controle veel gemakkelijker: je kan snel eens op en af rijden. We voelen dus wel dat klanten voor een prijsverschil van bijvoorbeeld 10 procent het risico niet meer gaan nemen."
Werknemers vervangen door robots?
Momenteel beschikt Devos over liefst 5 lasrobots en nog meer hoogtechnologische lasersnijders, ponsmachines, plooibanken … De laatste jaren komen er steeds meer geautomatiseerde machines bij, en toch groeit tegelijkertijd het aantal werknemers. "Het is dus niet omdat we automatiseren dat onze werknemers hun job verliezen of vervangen worden door robots. Het grote voordeel is dat je iemand die niet kan lassen ook aan een lasrobot kan zetten. Je moet niet technisch geschoold zijn om de machine draaiende te houden. Ik denk dus dat er in de toekomst nog meer automatisatie nodig is, vooral om het gebrek aan technisch geschoolde werkkrachten te compenseren." Want die zijn immers steeds moeilijker te krijgen, zegt Lieven. "Nu hebben we nog het geluk dat we een dertigtal heel goede lassers hebben. Maar over tien jaar zijn er in het beste geval misschien nog twintig goede lassers. Steeds meer mensen kiezen ervoor om een hoger diploma te halen. Daar is niets mis mee, maar een burgerlijk ingenieur zal hier natuurlijk niet staan lassen. Het aanbod aan technisch geschoolde mensen is dus klein, terwijl ze heel nodig blijven. Nu vangen we dat tekort op met Poolse en Roemeense medewerkers, maar dat kan ook niet blijven duren."
CoWelder
Devos investeerde daarom in twee splinternieuwe lasarmen van Migatronic, aangeleverd door CBL-Welding uit Meulebeke. "De insteltijd van onze grote lasrobots is al snel twee à drie uur. Deze lasarmen zijn klaar voor gebruik in een vijftiental minuten. Ze werken wel iets trager dan een grote lasrobot, maar voor kleine reeksen van honderd à tweehonderd stuks zijn ze heel interessant. Het is dus een mooie aanvulling op de robots."
Plaatsgebrek
Ook het feit dat de CoWelder veel minder plaats inneemt was voor Devos een grote troef. "Hij neemt ruwweg evenveel plaats in als een manuele lasser. Dat is vier à vijf keer minder dan een lasrobot. We kampen een beetje met plaatsgebrek, dus vandaar is dat voor ons ideaal."

Eenvoudig te programmeren
De lasarm is gekoppeld aan een Sigma Select-lasbron en wordt ingesteld met een tablet waar de lasparameters op ingegeven kunnen worden. Het programma wordt manueel gemaakt: je brengt de arm zelf naar de startplaats om te lassen en stelt het eindpunt in. Zo ga je steeds door tot het hele stuk gelast is.
"Op zich kan je het programma ook op voorhand schrijven, maar dan kan je de positie van de toorts nooit helemaal correct bepalen", zegt Ivan De Zutter van CBL-Welding. "Het is dus makkelijker om het programma te maken aan de werktafel zelf. Je ziet dan effectief wat je aan het doen bent, dus je kan eventuele fouten snel corrigeren."
"Het is eigenlijk kinderspel, maar het is wel heel goed doordacht en het werkt perfect", zegt Lieven. "Een groot voordeel is ook dat de lasarm bewegingen kan doen die een lasser niet zou kunnen. Om een cirkel te lassen, bijvoorbeeld, heeft een manuele lasser minimaal twee stappen nodig. De lasarm doet dat in één stap."
Kwaliteit gegarandeerd
De laskwaliteit die de CoWelder aflevert is bovendien altijd onberispelijk. "Het oog wil ook wat, natuurlijk. We hebben al klanten gehad die specifiek vragen om hun stuk met de lasarm te lassen, omdat het resultaat er zoveel beter uitziet dan bij een manuele las. Dat is voor ons een erg belangrijke reden om met de lasarm te werken, want qua snelheid en kost is er op zich niet veel verschil met een manuele lasser. Maar je moet niet technisch geschoold zijn om ermee te werken en de las is mooier en sterker."
Laagdrempelig
De eerste CoWelder werd zo’n twee jaar geleden geïnstalleerd in de productiesite van Devos Plaatbewerking.
Sinds februari 2020 is er een tweede exemplaar actief. "We zijn er dus zeker tevreden van, en ik sluit niet uit dat er op termijn nog een derde en vierde lasarm komen", zegt Lieven.
Investering
De investering ligt dan ook een stuk lager dan bij een volwaardige lasrobot, wat de instap veel laagdrempeliger maakt. "Zeker voor kmo’s is zo’n lasarm een mooie tussenstap naar automatisering van het productieproces. In de meeste bedrijven zijn de series de laatste jaren ook wat kleiner geworden, dus dan loont het minder snel de moeite om te investeren in een grote lasrobot."
Geen programmeur nodig
De lasarm is niet alleen qua investering laagdrempelig, ook de bediening en het gebruik zijn veel eenvoudiger. "Voor een klassieke lasrobot heb je iemand nodig die een programma kan maken en schrijven", zegt Ivan.
"De insteltijd is gewoon veel groter, en de nood aan een programmeur is veel groter dan bij de lasarm. Een lasrobot moet ook volledig ingekapseld zijn, terwijl bij de lasarm enkel een lasgordijn tussen de stukken nodig is."
